Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [22]De zegen desgenen, die [23]verloren ging, kwam op mij; en het hart der weduwe deed ik [24]vrolijk zingen. 22. Dat is, het goed hetwelk mij toegewenst werd van degenen, die ik uit zware noden hielp. 23. Dat is, die in gevaar stond van verloren te moeten gaan, indien ik hem met raad en daad niet geholpen had. 24. Dat is, zich verblijden over de weldaad en den bijstand, die ik haar bewees in haar verdrukking.